Jakob was een volle maand bij Laban in huis toen deze tegen hem zei:

‘Het is niet nodig dat je voor niets voor mij werkt, alleen omdat je familie van me bent. Zeg me maar wat je loon moet zijn.’ Nu had Laban twee dochters; de oudste heette Lea, de jongste Rachel. Lea’s ogen hadden geen glans, maar Rachel was mooi en aantrekkelijk. Jakob was verliefd op Rachel, daarom zei hij tegen Laban:

‘Ik zal zeven jaar voor u werken om Rachel, uw jongste dochter.’ Laban antwoordde:

‘Ik kan haar beter aan jou geven dan aan een ander. Je kunt dus blijven.’ Zo werkte Jakob zeven jaar om Rachel, maar voor zijn gevoel waren het maar een paar dagen, zoveel hield hij van haar.

Toen zei Jakob tegen Laban:

‘De termijn is om. Geef me nu mijn vrouw, ik wil met haar slapen.’ Laban nodigde alle inwoners van de stad uit en gaf een feest. Toen de avond was gevallen bracht hij zijn dochter Lea bij Jakob, en Jakob sliep met haar. Ook gaf Laban haar een van zijn slavinnen mee, Zilpa. ’s Morgens ontdekte Jakob dat het Lea was met wie hij had geslapen. ‘Hoe hebt u mij dit kunnen aandoen!’ wierp hij Laban voor. ‘Ik heb toch om Rachel bij u gewerkt? Waarom hebt u me zo bedrogen!’ Laban antwoordde:

‘Het is hier niet de gewoonte om de jongste voor de oudste uit te huwelijken. Wacht daarom tot de bruiloftsweek met de een voorbij is, dan krijg je ook de ander, op voorwaarde dat je nog eens zeven jaar voor me werkt.’ Jakob stemde toe en wachtte tot de week om was; daarna gaf Laban hem zijn dochter Rachel tot vrouw. Ook gaf Laban haar een van zijn slavinnen mee, Bilha. Toen sliep Jakob ook met Rachel, en van Rachel hield hij echt, meer dan van Lea. En hij werkte nog eens zeven jaar bij Laban.

Loading

Lees ook deze Berichten:

Genesis 27:1-19 Jakob ontneemt Esau de zegen 2
Genesis 24:45-57 Een vrouw voor Isaak 4
Genesis 31:17-30 Jakob bij Laban 8
Genesis 18:23-33 Sodom en Gomorra 3
Genesis 16:1-16 De geboorte van Ismaël
Genesis 42:29-38 Jozefs broers in Egypte 3
Genesis 32:17-22 Jakob oog in oog met Esau 2
Genesis 42:1-17 Jozefs broers in Egypte 1
Genesis 31:1-16 Jakob bij Laban 7
Genesis 9:18-29 Noach 7
Genesis 2:1-4 De schepping van hemel en Aarde 3
Genesis 13:2-18 Scheiding tussen Abram en Lot
Genesis 41:47-57 De droom van de farao 4
Genesis 50:1-14 Jakobs levenseinde 6
Genesis 26:23-33 Isaak en Rebekka in Gerar 3
Genesis 40:16-23 De dromen van schenker en bakker ...
Genesis 18:1-15 Sodom en Gomorra 1
Genesis 37:1-11 Jozef verkocht en naar Egypte gebr...
Genesis 4:17-26 Adams zonen 2
Genesis 41:34-46 De droom van de farao 3
Genesis 20:1-7 Abraham en Sara bij Abimelech 1
Genesis 4:1-16 Adams zonen 1
Genesis 15:1-11 Abrams visioen 1
Genesis 35:16-29 Jakob opnieuw in Betel 2
Genesis 49:1-15 Jakobs levenseinde 4
Genesis 50:22-26 Jozefs dood
Genesis 27:20-33 Jakob ontneemt Esau de zegen 3
Genesis 41:1-16 De droom van de farao 1
Genesis 25:1-11 Abrahams levenseinde
Genesis 33:18-20 Dina en Sichem 1
Genesis 34:13-24 Dina en Sichem 3
Genesis 28:1-9 Jakob ontneemt Esau de zegen 5
Genesis 38:24-30 Juda en Tamar 3
Genesis 28:10-22 Jakobs droom in Betel
Genesis 2:5-14 De tuin van Eden 1
Genesis 39:1-8 Jozef en de vrouw van Potifar 1
Genesis 23:1-9 Koop van een familiegraf 1
Genesis 22:20-24 Nakomelingen van Nachor
Genesis 19:15-26 Sodom en Gomorra 5
Genesis 5:1-20 Van Adam tot Noach 1
Genesis 12:1-9 Abram naar Kanaän
Genesis 33:12-17 Jakob oog in oog met Esau 5
Genesis 12:10-20-13:1 Abram en Sarai in Egypte
Genesis 6:5-22 Noach 1
Genesis 36:20-30 Nakomelingen van Esau 2
Genesis 6:1-4 Vermenging van goden en mensen
Genesis 31:43-54-32:1 Jakob bij Laban 10
Genesis 45:10-20 Jozefs broers opnieuw in Egypte 8
Genesis 22:15-19 Abraham op de proef gesteld 2
Genesis 26:12-22 Isaak en Rebekka in Gerar 2
Genesis 44:14-23 Jozefs broers opnieuw in Egypte 5
Genesis 3:1-13 De tuin van Eden 3
Genesis 25:19-34 Jakob en Esau
Genesis 1:20-31 De schepping van hemel en Aarde 2
Genesis 47:28-31 Jakobs levenseinde 1
Genesis 24:1-14 Een vrouw voor Isaak 1
Genesis 21:22-34 Bondgenootschap met Abimelech
Genesis 30:19-32 Jakob bij Laban 5
Genesis 39:9-20 Jozef en de vrouw van Potifar 2
Genesis 27:34-46 Jakob ontneemt Esau de zegen 4
Genesis 34:25-31 Dina en Sichem 4
Genesis 36:1-19 Nakomelingen van Esau 1
Genesis 21:1-13 Isaak en Ismaël 1
Genesis 47:15-27 Jakob met al zijn nakomelingen na...
Genesis 46:31-34 Jakob met al zijn nakomelingen na...
Genesis 25:12-18 Nakomelingen van Ismaël
Genesis 44:1-13 Jozefs broers opnieuw in Egypte 4
Genesis 50:15-21 Jakobs levenseinde 7
Genesis 15:12-21 Abrams visioen 2
Genesis 11:1-9 Babel
0Shares